Een heerlijk vegetarische lunch of bijgerecht, geïnspireerd op het basisrecept van Ottolenghi voor geroosterde knolselder. Super lekker met appel, hazelnoot en een ponzu-ahorndressing erbij..
- 0.5 knolselder
- 1 appel
- 50 gr hazelnoten (ik gebruik graag hazelnoten uit Piëmonte)
- 50 gr rucola
- olijfolie
- peper en zout
Voor de dressing
- 1.5 el ahornsiroop
- ½ citroen (biologisch)
- 2 el olijfolie (extra vierge)
- 1½ el ponzu (te vervangen door sojasaus)
- peper
Verwarm de oven voor op 200 graden. Was de schil van de knolselder goed. Bedek een bakplaat met bakpapier. Leg de knolselder plat neer (je kan trouwens ook een hele knolselder – als hij niet té groot is – roosteren. Prik de knolselder rondom in met een mes of een vork. Bestrijk de knolselder rondom met olijfolie. Kruid met zout. Zet 1 uur in de oven. Bestrijk de knolselder om het kwartier met de olijfolie die eraf is gelopen.
Snij de appel in partjes. Haal de knolselder uit de oven. Snij in plakken en dan in iets kleinere stukken. Schik ze in een ovenschaal samen met de appelpartjes. Kruid met peper en zout en besprenkel met extra olijfolie. Verhoog de oven naar 220 graden en zet nog 20 minuten in de oven. Keer halverwege om.
Hak de hazelnoten grof. Rooster ze kort in een antikleefpan, of je kan ze ook mee in de oven leggen.
Maak de dressing: Was en rasp de schil van de citroen en pers het sap uit. Meng met de ahornsiroop, de extra vierge olijfolie en de ponzu. Kruid met peper.
Serveer de ovenschaal met de hazelnoten, de rucola en de dressing erover gesprenkeld.