Risotto met krab, venkel en citroen

Een paar jaar geleden ben ik hopeloos verliefd geworden op risotto. En allemaal dankzij Jamie Oliver, nog steeds mijn favoriete tv-kok. In één van zijn kookboeken vond ik een basisrecept dat het gewoon altijd doet. En vanaf dan kan je eindeloos beginnen experimenteren met al je favoriete ingrediënten. En ik beloof het je, met ristotto kan je àltijd scoren!

In de supermarkt opende ik de iphone-app van Jamie en vond ik een recept voor risotto met krab en venkel, en tot mijn vreugde hadden ze verse (gekookte) krab, dus ging ik daarmee aan de slag, en om één van mijn piva-klasgenoten te citeren: het was hèèèèèèèèrlijk!

Ingrediënten (voor 4 pers)

• 300 gr risottorijst
• 1 L bouillon (groenten, kip, vis… maakt niet uit)
• 2 dl witte wijn (of 1dl witte wijn en 1 dl Noilly Prat)
• 500 gr gekookte krabbenpoten
• 2 venkelknollen
• 2 biologische citroenen
• margarine en olijfolie
• 2 rode uien
• 2 stengels selder
• 2 teentjes look
• peper en zout
• basilicumblaadjes
• 100 gr geraspte parmazaan

Snij de rode ui, selder en 1 venkelknol fijn. Hou de groene topjes van de venkel bij. Plet de teentjes look. Doe een klontje boter en wat olijfolie in een diepe pan (met anti-aanbaklaag) en stoof hier de groenten heel zachtjes gaar zonder dat ze verkleuren. Dit kan zeker 10 min. duren.

Zet ondertussen de bouillon op (of wat ik soms doe – tot mijn grote schaamte – water laten koken en daar 2 bouillonblokjes bijdoen).

Peuter het vlees uit de krabbenpoten. Dit is een beetje een prutswerkje, ik heb er een kreeftenvorkje voor gebruikt. Ook kan je de poten vrij makkelijk openbreken door er met de botte kant van een chefsmes op te kloppen.

Als de groenten mooi gaar zijn doe je de rijst in de pan. Zet het vuur hard en laat de korrels in 1 minuut glazig en doorzichtig worden. Blus met de wijn en laat nog één minuutje goed doorkoken. Draai dan je vuur zachter en voeg een beetje bouillon toe. Roer even en laat de rijst het vocht opnemen. Voeg pas nieuwe bouillon toe als al het vorige vocht is opgenomen. Let op, dit neemt wel wat tijd in beslag. Draai je vuur nooit te hoog, want dan gaat de rijst plakken!

Terwijl de rijst gaart, kan je een knapperig slaatje maken met de andere venkelknol: haal met een dunschiller fijne schijfjes van de venkel. Snij blaadjes basilicum fijn en strooi erover. Besprenkel met wat citroensap en olijfolie, en de groene topjes van de venkel. Kruiden met peper en zout en zet dan nog even koel.

Als de risotto bijna klaar is (als je op een rijstkorrel bijt en je voelt nog een beetje ‘knapperigheid’), doe je er het krabvlees bij. Kruid nu goed af met ruim peper en zout. Blijf bouillon toevoegen tot de risotto helemaal smeuïg is en zet dan het vuur af. Besprenkel gul met citroensap en geraspte parmazaan. Zet dan een deksel op je pan en laat de risotto even ‘trekken’. Na een paar minuutjes kan je opdienen met een schep van het venkelslaatje en wat extra parmazaan erover. Voor nog wat extra kleur kan je er nog citroenschil over raspen.

Héééééééérlijk!